
Regie: Gavin O’Connor
Cast: Kurt Russell, Patricia Clarkson
IMDB: 7.5
Rotten Tomatoes: 80 %
De Olympische Winterspelen in 1980, Lake Placid, New York. Op een moment dat de Verenigde Staten het moeilijk hebben en het volk iets nodig heeft om zich aan op te trekken (Miracle is daarom misschien een uitstekende film om nu te bekijken), wordt coach Herb Brooks (Kurt Russell) aangenomen om het ijshockeyteam van de VS naar het goud te leiden op de Spelen. Om dat ultieme doel te bereiken zal Team USA o.a. de Sovjet-Unie, die al sinds de jaren ’60 het ijshockey domineert, moeten kloppen. Met de hoop van de natie op hun schouders gaan Brooks en zijn team van onervaren collegespelers de uitdaging aan.
Spoileralert, Team USA wint. Anders was er allicht geen film over gemaakt. Het verhaal klinkt enorm melig maar dat is wat er daadwerkelijk is gebeurd. ‘Miracle’, dat gebaseerd is op waargebeurde feiten, vertelt één van de opmerkelijkste verhalen uit de sportgeschiedenis. Er is een reden waarom onder meer ‘ESPN’ en ‘Sports Ilustrated’ het zogenaamde "Miracle on Ice” vandaag nog steeds op nummer één zetten in hun lijst van grootste sportmomenten.
Het was dan ook een mirakel. De Sovjets wonnen het goud op de vorige vier edities van de Olympische Spelen en ze klopten de NHL All-Stars (de beste spelers uit de sterkste competitie ter wereld) een jaar voor de Spelen met 6-0. Dat het een indrukwekkende prestatie was, mag duidelijk zijn. Maar maakt dat ook een goede film? Absoluut.
De film focust uiteraard op de onvermijdelijke confrontatie met de Sovjet-Unie maar evenzeer op de man achter het succes. Herb Brooks is bikkelhard. Hij is de trainer, niet de vriend van de spelers. Iemand die zich voor 99 procent geeft, kan meteen vertrekken. De hardvochtige coach die zijn spelers tot het uiterste drijft is een cliché. Maar dat hoeft geen probleem te zijn als die rol goed wordt gespeeld. Regisseur Gavin O’Connor wilde niemand anders dan Kurt Russell als Herb Brooks. Terecht zo bleek want Russell doet het geweldig. Vooral de speech die hij geeft voor de match tegen de Sovjet-Unie is een topmoment. Barack Obama had het niet beter kunnen doen. Een Oscarnominatie was niet onterecht geweest.
Omdat de film vooral draait rond Herb Brooks worden de andere personages minder uitgewerkt met uitzondering van goalie Jim Craig (Eddie Cahill). Onder de spelers zal je trouwens geen grote namen herkennen. O’Connor heeft hen uitgekozen omwille van hun hockeyvaardigheden. Hij vond het namelijk gemakkelijker om hockeyspelers te laten acteren dan acteurs te laten ijshockeyen. Zo wordt speler Buzz Schneider vertolkt door zijn eigen zoon Billy. Die aanpak loont want de wedstrijden zien er fantastisch uit. Zelfs als je het spelletje niet helemaal begrijpt, kan je toch goed volgen.
‘Miracle' duurt misschien net iets te lang. Of lijkt dat maar zo omdat je reikhalzend zit uit te kijken naar die levensbelangrijke wedstrijd. Al Michaels voorzag in 1980 de wedstrijd van live commentaar. Hij werd aan boord gehaald om dat nog eens over te doen. Voor de laatste seconden van de wedstrijd besloot O’Connor echter om het originele geluidsfragment uit 1980 te nemen. De regisseur vond dat hij Michaels niet kon vragen om de emoties van dat moment na te bootsen. Vandaar dat de originele quote die Al Michaels onsterfelijk maakte in de film zit.
‘Miracle’ is niet zonder fouten maar de vertolking van Kurt Russell en de weergave van de wedstrijd tegen de Sovjet-Unie maken de film - die volgens velen zeer waarheidsgetrouw is - meer dan de moeite waard. Hoewel je weet dat het voor de VS goed afloopt zit je toch in spanning te wachten tot Al Michaels zijn bevrijdende woorden uitschreeuwt. Bovendien weet de film de tijdsgeest en de omvang van die iconische match perfect te vatten.
Wees er maar zeker van dat er na “the Miracle on ice” genoeg jongens en meisjes waren die tijdens een spelletje pondhockey speelden dat zij die beslissende goal maakten tegen de Sovjet-Unie. “Do you believe in miracles? Yes!”